Intuïtie is volledig ontwaakte intelligentie en is daarom verlost van de beperktheid van de persoonlijkheid of van het ikbesef. Het vermogen om te onderkennen wat essentieel is en daar zorg aan te besteden zal je leiden tot wat ik intuïtie noem. Intuïtie is niets anders dan uiterst verfijnd instinct en hoewel iedereen instinct heeft moet het redeneren onpersoonlijk worden voordat er wijsheid kan ontstaan. En in de intuïtie komt de wijsheid op de zuiverste manier tot uitdrukking. Omdat je een en al instincten bent, moet je je eerst bewust worden van die instincten om door voortdurende aanpassing en zelfoverpeinzing besef te kunnen krijgen van die heelheid die als enige je de vervulling kan geven die eeuwig is. Door zo geconcentreerd te worden kun je uit iedere ervaring de hele betekenis van het leven leren. Dit inzicht in de betekenis van een ervaring is niet voorbehouden aan de elite, aan de meest ontwikkelden. ]ullie idee van evolutie is een voortdurend naar iets toe groeien, wat betekent dat je nog altijd kijkt vanuit de sfeer van het ik-bewustzijn. Zolang je van daaruit de waarheid zoekt, zul je die nooit vinden. Als je je uit die sfeer bevrijdt, zul je inzicht hebben. Intuïtie ontstaat door Volharding en geestdrift, door voortdurende harmonisering en ononderbroken bewustheid. Het is geen wonder, geen gave; zet dus het idee van vorderingen maken in de richting van een ultieme werkelijkheid maar uit je hoofd en laat de dingen die je doet daar niet door bepalen.
Begin ermee je van al die dingen bewust te worden, je verantwoordelijk te voelen. Tot nu toe heb je, angstig als je was, alleen de voorschriften van anderen gevolgd, nu moet je op eigen gezag gaan handelen en dat is veel moeilijker, dat vraagt een grotere vastberadenheid, meer energie, een breder denkvermogen. Intuïtie, dat wil zeggen, het zuivere functioneren van het leven, compleet ontdaan van ieder ik-gevoel, kan alleen tot stand komen door je eigen voortdurende, toegewijde, geduldige oplettendheid, waarbij je geen seconde voorbij laat gaan zonder dat je weet wat je denkt en waarom je het denkt, en je je denken ontdoet van het ik-gevoel, dat is ontstaan uit onjuiste indrukken op basis van zintuiglijke gewaarwordingen.
Intuïtie komt als een zonnestraal, je doet er niets voor om haar tot stand te laten komen, ze is iets natuurlijks, dat je omhult, niet in de tijd, als iets dat duurzaamheid heeft, nee, je wordt er in het nu door omgeven, als gevolg van je eigen inspanningen om je vrij te maken van je ik-besef. Als je dat wat jullie je intuïtie noemen, je geloof, je kennis, goed beschouwt, zul je zien dat het allemaal voortkomt uit gebondenheid aan het “zelf”. ]e kunt je egoïsme misschien zo beredeneren dat het logisch, verdedigbaar en gezond lijkt, maar als wat jullie intuïtie noemen berust op hoop, tevredenheid of troostrijke gedachten, dan kan die intuïtie, hoe verstandig, gezond en vanzelfsprekend ze ook mag lijken, je geen levensinzicht geven. Het verstand of het intellect is niet meer dan het werktuig van de intuïtie. Intuïtie biedt de meest geëigende mogelijkheid voor inzicht, voor een volkomen ontwaakte intelligentie, een intelligentie die vrij is van alle gebondenheid aan de individualiteit. Intuïtie kent niet ‘dat van jou’ en “dat van mij„ intuïtie kent geen verdeeldheid, geen heftig verlangen; intuïtie is zuiver, sereen, de totale afwezigheid van het ‘zelf”. ]e kunt niet tot intuïtie komen door beredenering, maar enkel door een besef dat onmiddellijk weet te onderscheiden wat de juiste waarden zijn. Wil je intuïtie echt en duurzaam zijn, dan moet je innerlijk vrij zijn van alle illusies van de individualiteit.
Wat is waar? Over waarheid en leven, blz.153, r.2