We zien hoe onbetrouwbaar analyseren is; het hoort thuis in onze tradities en we wijzen die traditie af. Wat vindt er plaats in onze geest als we iets afwijzen of zien dat het onbetrouwbaar is, in dit geval hoe onbetrouwbaar analyse is? Dan komt de geest vrij van deze last en daardoor ontstaat gevoeligheid. De geest is dan niet meer belast, hij kan helder en scherp waarnemen. Door een traditie van analyse en introspectie die algemeen aanvaard was af te wijzen, is de geest bevrijd.
Door de traditie af te wijzen wordt tevens de inhoud van het onbewuste afgewezen. Het onbewuste is immers de traditie, de traditie van de godsdienst, van het huwelijk, enz. enz. Het hoort tot de traditie dat men kwetsingen incasseert en ze dan later analyseert om er af te komen. Als je dit hele proces afwijst omdat het niet juist is, wijs je tevens de inhoud van het onbewuste af. Dan ben je vrij van onbewuste kwetsingen.
Zonder de traditionele middelen — analyse, individuele- of groepstherapie e.d. te gebruiken kan de geest zijn gekwetstheid uitwissen door zich van de traditie bewust te zijn ; doordat hij dan de traditie verwerpt, verwerpt hij tevens de gekwetstheid, die aanvaarding van deze traditie betekende. Dan wordt de geest bijzonder gevoelig, de hele mens, z’n hart, z’n hersenen, zijn zenuwen, z’n hele lichaam, alles wordt gevoelig.
Vrijheid en meditatie, blz.81, r.9