Trouw aan principes; nooit eenvoud

In feite is verlangen naar prestatie, naar gewin, de basis van oprechte trouw aan principes. En die drang, hoe diepgeworteld of oppervlakkig die ook is, leidt tot conformisme en daar steekt angst de kop op. Angst beperkt onze zelfkennis tot het concreet ervarene, zodat het onmogelijk wordt aan het beleefde te ontstijgen. Binnen die begrenzing verbreedt en verdiept zelfkennis louter ons zelfbewustzijn, wat de wording van het “ik” , op verschillende niveaus en in verschillende perioden, in toenemende mate bevordert; vandaar dat conflicten en verdrietigheden voortduren.

Je kunt jezelf wel opzettelijk vergeten en jezelf verliezen in in de een of ander bezigheid, in tuinieren of in een ideologie, of door heel een volk op te zwepen tot wilde geestdrift voor de oorlog; maar toch ben je er nog, namelijk nu in de vorm van je land, je idee, je werk, je god; hoe machtiger de identificatie werkt, hoe dieper je conflicten en je verdriet weggestopt worden, vandaar de voortdurende strijd om met iets geïdentificeerd te blijven. Dat verlangen naar eenheid met het voorwerp van onze keuze schept het conflict van de oprechte trouw, dat zo te enenmale in strijd is met eenvoud. Ook al strooi je as op je hoofd en draag je niet meer dan een lendendoek of trek je al bedelend rond: eenvoud is dat niet.

Trouw aan principes kan nooit de metgezel van eenvoud zijn. Wie zich met wat dan ook, op welk niveau ook, heeft vereenzelvigd, is misschien oprecht in zijn trouw daaraan, maar eenvoudig is hij niet. Het iets willen zijn op zich is in flagrante tegenstelling met eenvoud. Eenvoud ontstaat zodra je vrij bent van de hebberige drang die kenmerkend is voor ieder prestatie-verlangen. Prestatie houdt vereenzelviging in en vereenzelviging is iets dat men wíl. Eenvoud is het alerte, passieve besef waarbij de ervarende het beleefde niet registreert. Zelfanalyse verhindert die negatieve benadering; aan analyse ligt altijd een beweegreden ten grondslag – namelijk bevrijding, inzicht, gewin – en zo’n begeerte legt alleen maar extra nadruk op zelfbewustzijn. Ook introspectieve gevolgtrekkingen remmen zo de zelfkennis af.

Commentaren op het leven I, blz. 78, r. 33