Ons probleem is dat de geest zich de mindere voelt, daarom spant hij zich zo in om iets te zijn of te worden of om bruggen te slaan tussen zijn verschillende tegenstrijdige verlangens. Maar laten we geen verklaringen geven voor het feit dat de geest een strijdperk is. Iedereen die even nadenkt weet waarom er innerlijk zowel als in de uiterlijke wereld wordt gestreden. Onze afgunst, hebzucht en ambities, onze geest van rivaliteit, die tot een meedogenloze doelmatigheid leidt-dat zijn heel duidelijk de factoren die maken dat we strijden, of dat nu in deze wereld is of in die van de toekomst. We hoeven dus geen boeken over psychologie te bestuderen om te weten Waarom we strijden. En waar het op aankomt is dat we ontdekken of de geest volledig vrij van alle strijd kan zijn. Als we strijden is er tenslotte een conflict tussen wat we zijn en wat we zouden moeten of willen zijn. Kunnen we nu, zonder verklaringen te zoeken, dit hele proces van strijd zo goed begrijpen dat er een eind aan komt?
Kan de geest vrij van strijd zijn, net als die boot die zich op de wind voortbewoog? Dat is de vraag, niet hoe je een toestand moet bereiken waarin niet wordt gestreden. De inspanningen om zo’ n toestand te bereiken zijn op zich weer een proces van strijd, dus wordt die toestand nooit bereikt. Maar als je elk ogenblik opnieuw bekijkt hoe de geest verstrikt raakt in eindeloze inspanningen ~ als je dat feit gewoon bekijkt, zonder te proberen het te veranderen, zonder te proberen de geest een bepaalde toestand op te dringen, die je rust noemt ~ dan zul je ontdekken dat de geest spontaan ophoudt zich in te spannen. En in die toestand kan hij enorm veel leren. Leren is dan niet domweg een proces van informatie opdoen, maar het ontdekken van de enorme rijkdommen die buiten het bereik van de geest liggen. En de geest die deze ontdekkingen doet beleeft daar veel vreugde aan.
Let op jezelf en je zult zien hoe je van de vroege morgen tot de late avond vecht en hoe je energie verspild wordt in die strijd. Als je alleen maar probeert te verklaren waarom je vecht, verdwaal je in verklaringen en gaat de strijd door, terwijl als je rustig je geest bekijkt, zonder verklaringen te geven, als je de geest zich gewoon bewust laat zijn van zijn eigen strijd, je al gauw zult merken dat er een toestand ontstaat waarin geen strijd meer plaatsvindt, maar zich een verbazende oplettendheid ontwikkelt.
In die toestand van oplettendheid is er geen idee van meer en minder, zijn er geen belangrijke mensen en onbeduidende mensen, is er geen goeroe. Al die onzinnigheden zijn voorbij, omdat de geest klaarwakker is. En een geest die klaarwakker is leeft in vreugde.