Tenslotte bereikten we dit huis, dat nog meer rust en schoonheid ademt, niet lang geleden gebouwd en zonder het bezoedelde, dat alle stadshuizen eigen is. Overal zag je bloemen, zowel rozen als andere bloemen. Een plek om rustig te kunnen zijn – niet louter vegeterend, maar in diep-innerlijke rust.
Stilte is een ongekende zegen, het reinigt de hersenen en geeft ze nieuwe vitaliteit; zulke stilte zamelt trouwens machtige energie – niet denk energie, of de energie zoals machines die hebben, maar die onbezoedelde energie die onberoerd blijft door denkwerk. Het is een energie, die over onberekenbaar grote vermogens en vaardigheden beschikt. En dit is een plek waar de hersenen uiterst actief kunnen zijn en toch daarbij zwijgen. Zulke uiterst intens-actieve hersenen ademen de sfeer, de diepte en de schoonheid van stilte.
Laatste dagboek, blz. 133, r. 13