Al wat u gezegd hebt, Krishnaji, is feitelijk, in mijn dagelijks leven voor mij werkelijkheid geworden. Hier, zolang ik naar u zit te luisteren, lijken uw verschillende uitspraken over denken en tijd me zo simpel en helder, dat misschien een paar seconden lang alle tijd lijkt op te houden. Maar wanneer ik terugkeer naar de dagelijkse sleur, met alle verveling en landerigheid van dien, en zelfs pretjes worden op den duur vervelend – als ik thuiskom dus pak ik de draad weer op. Het lijkt zo uitzonderlijk moeilijk de draad los te laten en reactieloos de werking van de tijd gade te slaan. Toch begin ik dunkt me te begrijpen (en ik hoop dat dat meer is dan alleen verbaal) dat er een mogelijkheid bestaat, als ik die term gebruiken mag, om niet te registreren.
Ik realiseer me, dat ik die grammofoonplaat ben. Dat ik ertoe geprogrammeerd ben, dit of dat te zijn. Het is vrij gemakkelijk dat te overzien en misschien zelfs dat alles overboord te gooien. Voor het afrekenen met alle denken en de gecompliceerde verwevenheid van de tijd zal echter enorm veel observatie, enorm veel kritisch onderzoek vereist zijn. Wie moet dat echter onderzoeken, waar de onderzoeker zelf immers een tijdsprodukt is?
Er daagt me iets.
Wat u eigenlijk zegt is dit: let eenvoudig op zonder enige reactie, geef volledige aandacht aan de gewone dingen des levens en ontdek daar de mogelijkheid, af te rekenen met tijd en denken.
Ik dank u heel hartelijk voor dit interessante gesprek.
Laatste dagboek, blz. 58, r. 18
Jiddu Krishnamurti