Alle mechanisch processen leiden tot ontaarding

Plotseling werd je je bewust van dat ongewone andere;  het was er en het was er aldoor geweest, maar er hadden gesprekken, ontmoetingen met mensen, enzovoorts plaatsgevonden en het lichaam had niet genoeg rust gehad om zich van het ongewone bewust te zijn. Bij het naar buiten gaan echter was het aanwezig en toen pas was er het besef dat het er steeds geweest was. Toch kwam het nog onverwacht en plotseling, met die intensiteit die de essentie van schoonheid is. Je liep ermee de weg af, niet als met iets aparts, als met een ervaring, die waargenomen en onderzocht kan worden, die je je kunt herinneren. Dat immers zijn de gewoonten van het denken, en hier had het denken opgehouden en dus werd er niet ervaren. Elk ervaren houdt scheiding en ontaarding in, maakt deel uit van het mechanisme van het denken , en alle mechanische processen leidden tot ontaarding. Het andere was elke keer iets totaal nieuws en dat wat nieuw is staat in geen enkele relatie tot het bekende, tot het verleden. Er was schoonheid, voorbij aan ieder denken en voelen.

mechanic

Aantekeningen, blz. 156, r. 6